Er is geen vaste bovengrens voor het maximale aantal polen in een asynchrone motor. Echter, in de praktijk wordt de keuze van het aantal polen beperkt door verschillende factoren, waaronder de motorgrootte, ontwerpcomplexiteit, efficiëntie en kosten. Hier zijn enkele overwegingen met betrekking tot het aantal polen in asynchrone motoren:
1. Motorgrootte en -snelheid
Relatie tussen het aantal polen en de snelheid: De synchrone snelheid n van een asynchrone motor kan worden berekend met de volgende formule:

waarbij f de voedingsspanningsfrequentie (in Hz) is en P het aantal polen.
Toepassingen met lage snelheid: Voor toepassingen die een lage snelheid vereisen, kan een hoger aantal polen worden gekozen. Bijvoorbeeld, een 4-polenmotor die op 60 Hz werkt heeft een synchrone snelheid van 1800 toeren per minuut, terwijl een 12-polenmotor een synchrone snelheid van 600 toeren per minuut heeft.
2. Ontwerpcomplexiteit en productiekosten
Windingontwerp: Naarmate het aantal polen toeneemt, wordt het ontwerp van de stator- en rotorwindingen complexer, wat leidt tot verhoogde productiedifficulteiten en -kosten.
Warmteafvoer: Meer polen betekenen meer windingen en ijzerkernen, wat warmteafvoerproblemen kan veroorzaken, vooral bij hoogvermogenmotoren.
3. Efficiëntie en prestaties
Efficiëntie: Een hoger aantal polen kan de efficiëntie van de motor verminderen door verhoogde koper- en ijzerverliezen vanwege meer windingen en ijzerkernen.
Startprestaties: Een toename in het aantal polen kan de startprestaties van de motor beïnvloeden, vooral tijdens het starten op lage snelheid.
4. Praktische toepassingen
Gewone polenaantallen: In de praktijk zijn gewone polenaantallen 2-polen, 4-polen, 6-polen, 8-polen, 10-polen en 12-polenmotoren. Deze polenaantallen voldoen aan de eisen van de meeste industriële en commerciële toepassingen.
Speciale toepassingen: In sommige gespecialiseerde toepassingen, zoals toepassingen met lage snelheid en hoge koppel, kunnen motoren met meer polen worden gebruikt. Bijvoorbeeld, motoren in windturbines en scheepsvoortstuwingssystemen hebben soms meer polen.
5. Uiterste gevallen
Theoretische limiet: Theoretisch gezien kan het aantal polen in een asynchrone motor zeer hoog zijn, maar in de praktijk is het zelden meer dan 24 polen.
Uiterste voorbeelden: In sommige uiterste gevallen, zoals speciaalmotoren of experimentele motoren, kunnen motoren met nog meer polen worden ontworpen, maar deze worden meestal niet gebruikt in conventionele industriële toepassingen.
Samenvatting
Hoewel er theoretisch geen strikte bovengrens is, is het aantal polen in een asynchrone motor in de praktijk meestal niet meer dan 24. Gewone polenaantallen variëren van 2 tot 12, wat voldoet aan de eisen van de meeste industriële en commerciële toepassingen. Het kiezen van het juiste aantal polen vereist een grondige overweging van de motorgrootte, snelheidsvereisten, ontwerpcomplexiteit, efficiëntie en kosten.