Componenten en storingen van het SF6-gasdichtheidsmonitorsysteem
Het SF6-gasdichtheidsmonitorsysteem bestaat uit drie hoofdcomponenten:
Gasdichtheidsmonitor
Gaspipetten met manifolds (indien van toepassing)
Druk- (of dichtheids)meter
Elk van deze componenten kan verschillende soorten storingen ervaren.
Gasdichtheidsmonitor
Gasdichtheidsmonitors zijn vatbaar voor verschillende soorten storingen:
• Mechanische verstoringen: De functionele dichtheidswaarden waarbij de schakelaar werkt, kunnen veranderen door trillingen die de mechanische instellingen verstoren.
• Corrosie van contacten: Onvoldoende bescherming tegen omgevingsinvloeden kan leiden tot corrosie van de contacten. Dit kan het gevolg zijn van een slechte ontwerp of onjuiste montage van behuizingen.
• Temperatuurgevoeligheid: Voor lage temperatuurtoepassingen is het cruciaal om de juiste dichtheidsmonitor te selecteren. Vloeibaarmaking in het referentiegasvolume kan leiden tot onjuiste signalen. Algemene oplossingen bieden mogelijk niet voldoende nauwkeurigheid voor temperatuurcompensatie over het hele werkgebied van de apparatuur.
• Brasdefecten: Slecht braswerk van bourdonbuisjes kan leiden tot SF6-gaslekken. Omgevingsfactoren kunnen ook leiden tot corrosie van verbindingen, wat lekkages veroorzaakt.
Gaspipetten en manifolds
Gaspipetten en manifolds voeren meerdere aansluitingen in het systeem in, vaak ter plaatse gemaakt en minder betrouwbaar dan fabrieksgemaakte aansluitingen. Deze aansluitingen zijn blootgesteld aan externe omgevingen, waardoor ze vatbaar zijn voor:
• Corrosie: Veroudering als gevolg van blootstelling aan de omgeving.
• Thermische cyclussen: Spanningen door temperatuurschommelingen kunnen de aansluitingen over tijd verzwakken, wat uiteindelijk leidt tot lekkages.
Drukmetertjes
Drukmetertjes worden geïnstalleerd om de aanwezigheid van SF6-gas te bevestigen en de druk ervan te bewaken. Belangrijke overwegingen zijn:
• Blootstelling aan de omgeving: Metertjes zijn meestal buiten geplaatst en staan bloot aan strenge omstandigheden. Ze zijn verbonden via pipetten en manifolds die vatbaar zijn voor lekkages.
• Calibratiedrift: Over tijd kan de calibratie van de metertjes verstoord raken, wat leidt tot onjuiste drukwaarden.
• Verminderde aansluitingen: Om potentiele lekpunten te minimaliseren, is het wenselijk indicatoren te gebruiken die ontworpen zijn met minder aansluitingen. Dergelijke indicatoren zijn verkrijgbaar als onderdeel van geïntegreerde dichtheidsmonitors, waardoor het risico op lekkages wordt verminderd.
Samenvatting
Tot slot hangt de betrouwbaarheid van het SF6-gasdichtheidsmonitorsysteem af van de juiste werking van de drie hoofdcomponenten: gasdichtheidsmonitors, gaspipetten met manifolds en drukmetertjes. Elke component heeft specifieke storingen die moeten worden aangepakt door zorgvuldige selectie, installatie en onderhoudsprocedures. Een robuust ontwerp en het minimaliseren van het aantal aansluitingen kan het risico op storingen significant verlagen en de algehele systeemprestaties verbeteren.