Een dode kortsluiting is een elektrisch circuit dat resulteert in stroom die langs een onbedoelde pad stroomt met nul weerstand of impedantie. Dit resulteert in een te hoge stroom door het circuit, wat apparatuur kan beschadigen of elektrische schokken kan veroorzaken bij mensen in de buurt.
Een dode kortsluiting is moeilijk te traceren en te diagnosticeren, omdat de stroom snel toeneemt en de schakelaar onmiddellijk uitschakelt.
Het wordt voornamelijk veroorzaakt door een directe verbinding tussen de positieve en negatieve leidingen of een directe verbinding tussen de positieve leiding en de aarde.
Dode kortsluitingen zijn zeer gevaarlijk omdat ze een grote hoeveelheid stroom door het circuit laten stromen.
Om het verschil tussen een dode kortsluiting en een kortsluiting te begrijpen, laten we een voorbeeld nemen. Stel dat er een spanningsverschil van 150 V tussen twee punten is.
Als we de spanning tussen twee punten in normale omstandigheden meten, wordt 150 V getoond. Maar als de spanning tussen twee punten minder dan 150 V is, wordt dit een kortsluiting genoemd.
Tijdens een kortsluiting treedt enige spanningsdaling op, en er verschijnt enige weerstand tussen deze twee punten.
Als de gemeten spanning 0 V is, wordt dit een dode kortsluiting genoemd. Dit betekent dat de weerstand van het circuit nul is.
Het verschil tussen de normale toestand, kortsluiting en dode kortsluiting wordt in de onderstaande figuur beschreven.
Een gebolteerde storing wordt gedefinieerd als een storing met nul impedantie. Het produceert extreme storende stroom in het systeem.
Wanneer alle geleiders met een metalen geleider aan de grond worden verbonden, wordt de storing een gebolteerde storing genoemd.
De gebolteerde storing (gebolteerde kortsluiting) is vrij vergelijkbaar met de dode kortsluiting. Want ook bij de dode kortsluiting is de weerstand nul.
Een aardfout treedt op in het energienetwerk wanneer de live draad per ongeluk met de aarddraad of de afgewerkte frame van de apparatuur verbonden is.
In deze situatie is het frame van de apparatuur geladen met gevaarlijke spanning. Bij een aardfout is er enige aardweerstand aanwezig, en de storende stroom hangt af van de aardweerstand.
Daarom is de aardfout verschillend van de dode kortsluiting.
Om de dode kortsluiting te begrijpen, laten we een voorbeeld nemen. Stel een netwerk voor met drie weerstanden in serie, zoals in de onderstaande figuur getoond.
In normale omstandigheden stroomt de stroom I ampère door het circuit. En de totale weerstand van het circuit is REQ.
REQ=5+15+20
Volgens Ohm's wet: