Inductiemotoren (Induction Motors) vereisen doorgaans een starter om het startproces te controleren, zodat de motor veilig en soepel kan starten. Sommige kleine inductiemotoren kunnen echter direct worden gestart zonder een speciale starter. Hieronder staan de belangrijkste redenen en verklaringen:
1. Direct-On-Line Starting (DOL)
Definitie: Direct-on-line starting is de eenvoudigste startmethode, waarbij de motor direct wordt aangesloten op de voeding en onmiddellijk op volle spanning start.
Toepasbaarheid: Deze methode is geschikt voor kleine inductiemotoren, vooral die met lage stroom- en startkoppelvereisten.
Voordelen:
Eenvoud: Het circuit is eenvoudig en kosteneffectief.
Betrouwbaarheid: Er zijn geen complexe regelcircuits, waardoor er een hoge betrouwbaarheid wordt gegarandeerd.
Nadelen:
Hoge Startstroom: De startstroom kan 5 tot 7 keer de nominale stroom bereiken, wat mogelijk een spanningsdaling in het elektriciteitsnet veroorzaakt en de normale werking van andere apparaten beïnvloedt.
Mechanische Schok: De hoge startstroom kan aanzienlijke mechanische schokken veroorzaken, waardoor de levensduur van de motor en mechanische apparatuur kan worden bekort.
2. Kenmerken van Kleine Motoren
Lage Tragheidsmoment: Kleine motoren hebben een laag tragheidsmoment, zodat de mechanische schok tijdens het starten relatief klein is, en de motor en belasting dit gemakkelijker kunnen weerstaan.
Laag Startkoppel: Kleine motoren vereisen doorgaans een laag startkoppel, wat resulteert in minder mechanische belasting tijdens het startproces.
Lage Startstroom: Hoewel de startstroom nog steeds hoog is, is de impact op het elektriciteitsnet relatief klein vanwege de lage vermogen van de motor.
3. Netcapaciteit
Netcapaciteit: In situaties waarin het elektriciteitsnet een grote capaciteit heeft, kan het net zelfs de aanzienlijke startstromen van kleine motoren aan, zonder dat er significante spanningsdalingen optreden.
Andere Apparatuur: Als andere apparaten op hetzelfde elektriciteitsnet niet gevoelig zijn voor spanningsfluctuaties of in geringe getale aanwezig zijn, zal de directe start van kleine motoren geen merkbare effecten hebben.
4. Belastingskenmerken
Lichte Belasting Start: Als de motor start onder een lichte belasting, dan worden de mechanische en stroomschokken tijdens het startproces verminderd, waardoor de motor direct kan worden gestart zonder een starter.
Vereiste voor Zachte Start: Voor belastingen die een zachte start vereisen, kunnen zelfs kleine motoren een starter nodig hebben om het startproces glad te maken en de mechanische en stroomschokken te verminderen.
5. Veiligheid en Bescherming
Overbelastingsbescherming: Zelfs bij directe start zijn kleine motoren doorgaans uitgerust met overbelastingsbeschermingsapparatuur (zoals thermische relais) om overbelasting en oververhitting te voorkomen.
Kortsluitingsbescherming: Stroomafbrekers of vuses kunnen kortsluitingsbescherming bieden, waardoor de motor veilig kan werken tijdens het starten en lopen.
Samenvatting
Kleine inductiemotoren kunnen direct worden gestart zonder een speciale starter, voornamelijk omdat hun startstroom en startkoppel relatief laag zijn, hun impact op het elektriciteitsnet beperkt is, en de mechanische schok minimaal is. Echter, voor grotere motoren of toepassingen met specifieke startvereisten, is het gebruik van een starter nog steeds nodig om ervoor te zorgen dat de motor veilig en soepel start.