Vijf algemene defecten van H61-verdeeltransformatoren
1. Defecten in de aansluitdraden
Inspectiemethode: De driefase DC-weerstandsonbalans is significant hoger dan 4%, of één fase is feitelijk onderbroken.
Correctieve maatregelen: Het kernonderdeel moet worden opgetild voor inspectie om het defecte gebied te lokaliseren. Bij slechte contacten moeten de verbindingen opnieuw gepolijst en aangehaald worden. Slecht gelaste verbindingen moeten opnieuw gelast worden. Als het lasoppervlak ontoereikend is, moet dit vergroot worden. Als het doorsnijdingsoppervlak van de aansluitdraad ontoereikend is, moet deze vervangen worden (door een grotere) om aan de eisen te voldoen.
2. Defecten in de tappositieschakelaar
Inspectiemethode: Meet de DC-weerstand bij verschillende tapposities. Indien er sprake is van een volledige onderbreking, is de schakelaar waarschijnlijk verbrand. Indien er sprake is van DC-weerstandsonbalans bij een specifieke tappositie, kunnen individuele contacten verbrand zijn. Een sterke brandlucht duidt op oververhitting of boogvorming.
Correctieve maatregelen: Tilt de kern op voor inspectie. Als de schakelaarcontacten alleen lichte oververhitting, slechte contacten of lichte boogsporen vertonen, kunnen deze verwijderd, gerepareerd en hergebruikt worden. Bij ernstige verbranding of bewijs van grondafgifte tussen contacten, moet de schakelaar vervangen worden. Grondafgifte veroorzaakt vaak vervorming van het sectiegedeelte van de hoogspanningswinding; in ernstige gevallen moet de winding gerepareerd of opnieuw gewikkeld (vervangen) worden.
3. Defecten in de winding
Inspectiemethode: Windingdefecten manifesteren zich meestal als oliespuiting uit de compensatortank, uitbollen van de tank en een brandlucht. Isolatieweerstand en DC-weerstandsmetingen kunnen uitgevoerd worden—een isolatieweerstand die bijna "nul" is en onstabiele, toegenomen DC-weerstanden duiden op windingproblemen.
Correctieve maatregelen: Tilt de kern op om de fouttoestand te beoordelen. Kleine schade kan mogelijk gerepareerd worden voor verdere gebruik. Ernstige fouten vereisen vervanging van de winding. Voor problemen met de afsluiting van de compensatortank moeten technische modificaties worden doorgevoerd.
4. Verlaagde isolatie
Inspectiemethode: Reguliere isolatieweerstandstests en olie-tests moeten op de transformatoren worden uitgevoerd. Beduidende veranderingen in de gemeten waarden of resultaten die onder de in de "Reglementen" gespecificeerde eisen vallen, wijzen op waterinbreng of verminderde isolatieprestaties van de olie.
Correctieve maatregelen: Als de isolatieweerstand van de transformator afneemt, is grondige droging nodig. Als de isolatie van de olie verslechtert, moet de olie vervangen of gefilterd worden. Defecte afsluitingen en ademers (droogademers) moeten gerepareerd worden.
5. Kerndefecten
Inspectiemethode: Meet de isolatieweerstand van de doorkoppelbouten. Als deze kleiner is dan 10 MΩ, zijn reparaties nodig.
Correctieve maatregelen: Na het optillen van de kern, verwijder de beschadigde doorkoppelbout en vervang de isolatie ervan.