Voor DC-schakelingen (gebruikmakend van vermogen en spanning)
In een gelijkstroom (DC) schakeling zijn het vermogen P (in watt), de spanning V (in volt) en de stroom I (in ampère) gerelateerd door de formule P=VI
Als we het vermogen P en de spanning V kennen, kunnen we de stroom berekenen met de formule I=P/V. Bijvoorbeeld, als een DC-apparaat een vermogensvermogen van 100 watt heeft en is aangesloten op een 20-volt bron, dan is de stroom I=100/20=5 ampère.
In een wisselstroom (AC) schakeling hebben we te maken met het schijnvermogen S (in voltampère), de spanning V (in volt) en de stroom I (in ampère). De relatie wordt gegeven door S=VI. Als we het schijnvermogen S en de spanning V kennen, kunnen we de stroom berekenen met I=S/V.
Bijvoorbeeld, als een AC-schakeling een schijnvermogen van 500 VA heeft en is aangesloten op een 100-volt bron, dan is de stroom I=500/100=5 ampère.
Het moet worden opgemerkt dat in AC-schakelingen, als we geïnteresseerd zijn in het werkelijke vermogen (in watt) P en willen berekenen cosa, de relatie tussen het werkelijke vermogen P, het schijnvermogen S en de cosinus φ is P=S*cosa. Dus, als we P, V en cosa kennen, berekenen we eerst S=P/cosa, en vervolgens I=S/V=P/V*cosa.