Hoogspanningslijnen en laagspanningslijnen worden beide gebruikt om elektrische energie van de ene locatie naar de andere te vervoeren. Echter, ze verschillen aanzienlijk in belangrijke aspecten zoals primaire functie, spanningniveaus, faseconfiguratie en geleiderplaatsing. Deze verschillen zijn essentieel voor het begrijpen van hun unieke rollen in het energienetwerk.
Het verschil tussen hoogspannings- en laagspanningslijnen wordt hieronder in tabulaire vorm gegeven.

Elektriciteitsproductie is een cruciaal onderdeel van het energienetwerk, maar even belangrijk is hoe deze elektriciteit wordt afgeleverd—van energiecentrales naar transformatorstations en uiteindelijk naar eindgebruikers. Dit vitale proces wordt gerealiseerd door middel van hoogspannings- en laagspanningslijnen.
Hoogspanningslijnen zijn hoge-voltage circuits die grote hoeveelheden elektrische energie over lange afstanden van energiecentrales naar transformatorstations transporteren. In de transformatorstations wordt de spanning verlaagd voor veilige distributie. Laagspanningslijnen, die op lagere spanning werken, leveren vervolgens de elektriciteit van de transformatorstations naar huishoudens, bedrijven en andere eindgebruikers voor residentiële, commerciële en industriële toepassingen.