Het is mogelijk om één inverteraansluiting te gebruiken voor het bedienen van twee ventilatoren, maar er moeten verschillende factoren worden overwogen:
I. Invertercapaciteit
Vermogensvereisten
Bepaal eerst de totale vermogenseis van de twee ventilatoren. Controleer het naamplaatje of de gebruiksaanwijzing van de ventilatoren om de vermogenswaarde van elke ventilator te vinden en voeg vervolgens de vermogens van de twee ventilatoren bij elkaar op. Bijvoorbeeld, als het vermogen van de ene ventilator 100 watt is en dat van de andere ventilator 80 watt, dan is het totale vermogen van de twee ventilatoren 180 watt.
De capaciteit van de inverter moet groter zijn of gelijk zijn aan de totale vermogenseis van de twee ventilatoren. Als de invertercapaciteit te klein is, kan het niet mogelijk zijn om twee ventilatoren tegelijkertijd te starten, of kan tijdens het gebruik overbelastingsbeveiliging optreden, waardoor de ventilatoren stoppen met werken.
Piekvermogen
Naast het rekening houden met het aangegeven vermogen van de ventilatoren, moet ook het piekvermogen bij het opstarten van de ventilatoren worden overwogen. Sommige elektrische apparaten verbruiken bij het opstarten meer vermogen dan tijdens normaal gebruik. Als de inverter niet voldoende piekvermogen kan leveren, kunnen de ventilatoren niet normaal starten.
U kunt kiezen voor een inverter met een bepaalde marge om ervoor te zorgen dat deze voldoet aan de vermogensvereisten voor het opstarten en gebruik van de ventilatoren. Bijvoorbeeld, als het totale vermogen van twee ventilatoren 180 watt is, kunt u een inverter met een capaciteit van 200 watt of meer kiezen.
II. Aansluitmethode
Parallelle aansluiting
Meestal kunnen twee ventilatoren parallel aan de inverter worden aangesloten. Dit betekent dat de stroomkabels van de twee ventilatoren respectievelijk aan de uitgangspoorten van de inverter worden verbonden. Bij een parallelle aansluiting verkrijgen elke ventilator onafhankelijk stroom van de inverter.
Zorg ervoor dat de aansluiting correct en stevig is, en vermijd losse of slechte contacten. Gebruik een geschikt kabeltype om ervoor te zorgen dat het de stroomvereisten van de twee ventilatoren kan weerstaan.
Voorzorgsmaatregelen
Bij het aansluiten van twee ventilatoren, let op of de uitvoerspanning en -frequentie van de inverter overeenkomen met de vereisten van de ventilatoren. De meeste huishoudelijke ventilatoren gebruiken meestal wisselstroom, en de inverter kan gelijkstroom omzetten in wisselstroom. Zorg ervoor dat de wisselspanning en -frequentie die door de inverter worden uitgebracht voldoen aan de werkvereisten van de ventilatoren.
Daarnaast moet u rekening houden met het afkoelingsprobleem van de inverter. Als de inverter tijdens het gebruik oververhit raakt, kan dit de prestaties beïnvloeden of zelfs schade veroorzaken. Zorg ervoor dat de inverter voldoende ruimte heeft voor warmteafvoer en plaats hem niet in een gesloten of hoogtemperatuur omgeving.
Tot slot, bij het gebruik van één inverter om twee ventilatoren aan te sluiten, dient u zorgvuldig de invertercapaciteit, de vermogensvereisten van de ventilatoren en de aansluitmethoden te overwegen om ervoor te zorgen dat het systeem veilig en stabiel kan functioneren.